1. Optreden
Yver en Eendracht.
2. Welkomstwoord
door Rudy
Eerst wil ik iedereen hier van
harte welkom heten. Onder de aanwezigen vermeld ik hierbij waarnemend Gouverneur
van Oost Vlaanderen Didier Detollenaere, Onze burgemeester Pieter Claeys en een
delegatie van het gemeentebestuur, Nationaal Voorzitter NSB Leon De Turck,
gewest Voorzitter NSB Meetjesland Johan Vereecke. Een afvaardiging van Comeet
de cultuurvereniging van het Meetjesland.De Vlaggendragers en de
vertegenwoordigers van de verschillende verenigingen hier aanwezig en ook onze Kaprijkse beeldhouwer Antoine Bral.
Deze middag zullen wij een
ongeziene belevenis meemaken in Kaprijke.
We gaan aan de hand van
verhalen de oorlog herbeleven en ook een simulatie van de bevrijding meemaken.
We beëindigen deel 1 met een
passende bloemenhulde voor de slachtoffer van de 2e wereldoorlog uit
Kaprijke, Lembeke en de Canadese soldaten die hier gesneuveld zijn.
De teksten die we gebruiken zijn verzameld door een aantal leden van het NSB bestuur. Dit door met mensen te praten, door kranten artikels uit het verleden en ook door citaten uit het boek Libera Me van Georges Spitaels en ook uit het boek België bevrijd van Dirk Musschoot.
De teksten die we gebruiken zijn verzameld door een aantal leden van het NSB bestuur. Dit door met mensen te praten, door kranten artikels uit het verleden en ook door citaten uit het boek Libera Me van Georges Spitaels en ook uit het boek België bevrijd van Dirk Musschoot.
Voor deel 2, de inhuldiging
van het standbeeld “Omer en Lima” zullen we ons verplaatsen naar de
Wauterstraat. Daar geef ik meer info over op het einde van deel 1.
Een praktische mededeling
indien nodig kan je het toilet gebruiken in het stadhuis.
Ik wens u allen een boeiende namiddag.
Ik wens u allen een boeiende namiddag.
Hierbij geef ik nu het woord
aan onze moderator, Carine Van Der Sypt bibliothecaris van onze gemeente.
Carine: We bieden u de oorlogsverhalen van W.O. II aan die Kaprijke en Lembeke hebben moeten beleven. We staan aan het begin van de oorlog en luisteren naar het verhaal van een oud strijder gebracht door Burgmeester Pieter Claeys gevolgd door het verhaal van enkele vluchtelingen verteld door Sandra De Buck Directie van de lagere school Kaprijke
Carine: We bieden u de oorlogsverhalen van W.O. II aan die Kaprijke en Lembeke hebben moeten beleven. We staan aan het begin van de oorlog en luisteren naar het verhaal van een oud strijder gebracht door Burgmeester Pieter Claeys gevolgd door het verhaal van enkele vluchtelingen verteld door Sandra De Buck Directie van de lagere school Kaprijke
3. begin
oorlog
a. Oud
strijder door Burgemeester Pieter Claeys 1:45
Ik
denk dat verschillende mensen hier aanwezig soldaat zijn geweest. Een
opleiding met dril en oefeningen in de
modder, schietoefeningen en wapens kuisen. De wacht doen, wat pintjes drinken
en veel plezier maken.
Eind
de jaren dertig was het wel wat anders. Jongens die na hun legerdienst reeds
enkele jaren terug aan het werk waren of een zelfstandig beroep uitoefenden.
Verschillenden waren gehuwd en hadden kinderen. Allen werden ze een paar keer
gemobiliseerd maar mochten dan toch terug naar huis. Op 10 mei 1940 was het
echter menens. Wat konden onze jongens doen met de uitrusting die ze hadden
tegen het oorlogszuchtige Duitsland? Medard Goethals, een geboren Kaprijkenaar,
was bij de eerste gesneuvelde soldaten in Sleidinge waar hij nog steeds
begraven ligt.
De
opdracht van onze soldaten was proberen de Duitse opmars zo lang mogelijk tegen
te houden of te vertragen. Een Belgisch peloton anti tank soldaten hadden
Engelse soldaten afgelost in Bissegem, West-Vlaanderen. Verscholen
in een gracht werden zij geconfronteerd met een aanval van de Duitsers, die
klaarstonden om granaten in de gracht te gooien. Met een witte doek aan zijn
geweer gebonden kroop de sergeant uit de gracht, daardoor redde hij het leven
van zijn kameraden. De vijand stond klaar om granaten in de gracht te gooien.
De Belgische soldaten moesten hun wapens laten vallen en met wat schoppen en
stampen werden ze krijgsgevangen genomen. Een korporaal nam zijn revolver uit
zijn holster om te laten vallen, onmiddellijk werd hij doorzeefd.
Wat
er op dat moment door hun hoofd ging is niet te beschrijven.
Als
krijgsgevangenen werden ze naar Duitsland getransporteerd waar ze een tijdlang
in een kamp voor weinig eten moesten werken
Na
de overgave van België zijn ook de meeste soldaten opgeëist om in Duitsland te
gaan werken.
b. Een
verhaal van vluchtelingen naar Frankrijk door Sandra De Buck 3:30
Voorjaar 1940.
De militairen werden net als het jaar ervoor gemobiliseerd. Nu was het menens!
Op 10 mei viel Duitsland België binnen.
De militairen werden net als het jaar ervoor gemobiliseerd. Nu was het menens!
Op 10 mei viel Duitsland België binnen.
5 dagen later werden alle jongelingen vanaf 16 jaar
officieel verplicht naar Frankrijk te evacueren om het Belgisch leger te gaan
vervoegen.
De drie broers Piet Benoni en Paul Dhanens uit Lembeke
vertrokken samen met Graaf Adhemar D’Alcantara naar Middelkerke. Daar werden ze
bij een bevriende familie een paar dagen verwend en vierden ze de verjaardag
van de Graaf.
Jeroom Danel,
Cyriel de Zutter, Gaston Moens, Cyriel van Houcke en Lionel Wegge
vertrokken via Eeklo en Tielt richting Frankrijk.
Veel van ons gewone jongens beheersten de Franse taal niet en hadden geen familie of kennissen in Frankrijk. Zij moesten zich behelpen met wat ze vonden in de natuur. Zo spaarden ze hun geld dat ze meehadden van thuis.
De Duitse troepen rukten snel
op en joegen onze jongens op richting Frankrijk.
Veel grote wegen waren afgesloten,
voorbehouden voor Noor-Franse vluchtelingen en Franse boeren met witte paarden en karren die
richting het zuiden vluchtten.
De Engelse troepen trokken zich
terug en probeerden met 3000 soldaten in Duinkerke in te schepen richting Engeland.
Benoni, Dhanens en de Graaf
trokken richting Amiens. Daar woonde de Consul van België, een neef van de
Graaf.
Het was druk op de weg. De
Franse militaire politie stuurde Paul Dhanens
een andere richting uit. Daardoor kwam hij in de problemen want Piet
Benoni had het geld op zak voor hun drieën.
Paul had gelukkig wat kennis
van het Frans. Met wat compassie van een oud vrouwtje raakte hij toch aan eten
en overnachting.
Jeroom Danel en zijn kompanen
trokken hun plan in de natuur.
Met takken en gevonden materiaal bouwden ze een hutje in de bossen en gingen ze vissen in een kleine rivier.
Veel honger leden ze niet. Soms kregen ze wat eten, kochten er wat bij of ontvreemden zelfs eens conserven bij een Engelse keukentent.
Aangezien de Franse jongelingen vertrokken waren naar de oorlog kregen onze jongens in Frankrijk ook wel eens aandacht van het vrouwelijk schoon.
Met takken en gevonden materiaal bouwden ze een hutje in de bossen en gingen ze vissen in een kleine rivier.
Veel honger leden ze niet. Soms kregen ze wat eten, kochten er wat bij of ontvreemden zelfs eens conserven bij een Engelse keukentent.
Aangezien de Franse jongelingen vertrokken waren naar de oorlog kregen onze jongens in Frankrijk ook wel eens aandacht van het vrouwelijk schoon.
Op 28 mei capituleerde het
Belgisch leger. Ze lieten de Fransen zogezegd in de steek.
Plots waren ons Belgische
vluchtelingen minder welkom in Frankrijk.
Op 20 juni luwde de haat
tussen de Belgen en de Fransen omdat ook het Franse leger capituleerde.
De broers Dhanens hadden
familie en kennissen in de Dordogne. Voor hen was het dan ook makkelijker om
een paar weken in de streek van Rouen te verblijven, op 500 km in vogelvlucht
van Lembeke.
Eind augustus kwam het bericht
dat de vluchtelingen terug naar huis konden. Ze moesten doorreizen naar
Bordeaux, waar ze met bussen opgehaald werden.
Hier in België joegen occasionele
beschietingen, bombardementen en het inkwartieren van Duitse legereenheden
ondertussen de burgers de schrik op het lijf.
In het Meetjesland was het tijdens de oorlog nog relatief rustig.
Daardoor kwamen tussen half februari 1944 en eind maart 1945 zelfs 74 Vlaamse vluchtelingen naar Kaprijke die hier opgevangen werden.
In het Meetjesland was het tijdens de oorlog nog relatief rustig.
Daardoor kwamen tussen half februari 1944 en eind maart 1945 zelfs 74 Vlaamse vluchtelingen naar Kaprijke die hier opgevangen werden.
4. Eerste
slachtoffers
a. Uit het verhaal van Paul Martens zoon van Albert Martens door
Carine 2:10”
Een Duits vliegtuig gooide op 20 mei 1940 bommen af boven ‘de binnen’, de kerktoren werd getroffen en ook de Molenstraat, waar onze familie Martens woonde. Er vielen enkele doden : een landbouwer, een Belgische soldaat, en mijn neefje Kareltje Van Kerkhove ( 7 jaar ). Ook zijn moeder Germaine Van de Walle kreeg een bomscherf door haar been.
Zij woonden in die tijd schuin over ons in de Molenstraat. Ikzelf verbleef op het moment dat de bommen vielen gelukkig bij mijn ‘meetje’ in de Kleine Zuidstraat. Wij zagen de bommen vallen, hoorden de ontploffingen en zagen grote stofwolken opstijgen. Ik herinner mij de verslagenheid, en het grote verdriet als we kort daarop het nieuws vernamen over Kareltje en tante Germaine…
Op 24 mei kwamen de Duitsers Kaprijke binnen. De dagen daarop werd er nog gevochten in de buurt van St. Laureins en aan het Schipdonkkanaal, maar op 28 mei gaf het Belgisch leger zich over. Albert slaagde erin te ontsnappen aan het lot van de krijgsgevangene en kwam begin juni 1940 terug thuis in Kaprijke. De Duitse bezetting, die ruim vier jaar zal duren, neemt een aanvang. Mijn vader is dan bijna dertig jaar. Ik, de oudste van zijn twee kinderen, vijf jaar en zeven maanden.
Een Duits vliegtuig gooide op 20 mei 1940 bommen af boven ‘de binnen’, de kerktoren werd getroffen en ook de Molenstraat, waar onze familie Martens woonde. Er vielen enkele doden : een landbouwer, een Belgische soldaat, en mijn neefje Kareltje Van Kerkhove ( 7 jaar ). Ook zijn moeder Germaine Van de Walle kreeg een bomscherf door haar been.
Zij woonden in die tijd schuin over ons in de Molenstraat. Ikzelf verbleef op het moment dat de bommen vielen gelukkig bij mijn ‘meetje’ in de Kleine Zuidstraat. Wij zagen de bommen vallen, hoorden de ontploffingen en zagen grote stofwolken opstijgen. Ik herinner mij de verslagenheid, en het grote verdriet als we kort daarop het nieuws vernamen over Kareltje en tante Germaine…
Op 24 mei kwamen de Duitsers Kaprijke binnen. De dagen daarop werd er nog gevochten in de buurt van St. Laureins en aan het Schipdonkkanaal, maar op 28 mei gaf het Belgisch leger zich over. Albert slaagde erin te ontsnappen aan het lot van de krijgsgevangene en kwam begin juni 1940 terug thuis in Kaprijke. De Duitse bezetting, die ruim vier jaar zal duren, neemt een aanvang. Mijn vader is dan bijna dertig jaar. Ik, de oudste van zijn twee kinderen, vijf jaar en zeven maanden.
b.
Een ander slachtoffer in het begin van de oorlog was Willem Rijk. hij
overleed op 26 mei 1940, hij werd geraakt door een Duitse kogel.
Carine : Ook Lembeke kent oorlogsverhalen: We luisteren naar Odette Van Hamme en Dirk Audenaert
5. Nog 2 Oorlogsverhalen uit Lembeke
a. Vroenhoek door Odette Van Hamme 1:00
Op 29 mei 1940 werd door de Duitsers een medische hulppost ingericht op de hoeve van René de Jaeger in de Vroenhoek te Lembeke. Onder de vlag van het Rode Kruis werd iedereen daar behandeld – gewonde werden na verzorging verder doorgevoerd, gesneuvelde militairen werden met militaire eer voorlopig begraven.
Op 29 mei 1940 werd door de Duitsers een medische hulppost ingericht op de hoeve van René de Jaeger in de Vroenhoek te Lembeke. Onder de vlag van het Rode Kruis werd iedereen daar behandeld – gewonde werden na verzorging verder doorgevoerd, gesneuvelde militairen werden met militaire eer voorlopig begraven.
In totaal werden er een 200
tal gewonden, Duitsers en Belgen, verzorgd in de Hauptverbandplatz 2/256 te
Lembeke-Oosthoek.
Op 25 mei werden al hun eerste doden begraven met soldaten voorop doden op berries, gevolgd door een militaire muziekkapel. En als slot een geweersalvo aan het veldgraf achter de schuur. Ook voor de dode Belgen.
Dit verhaal is uit het boek “Duel aan het Schipdonk kanaal” van auteur, Spittael George E
Op 25 mei werden al hun eerste doden begraven met soldaten voorop doden op berries, gevolgd door een militaire muziekkapel. En als slot een geweersalvo aan het veldgraf achter de schuur. Ook voor de dode Belgen.
Dit verhaal is uit het boek “Duel aan het Schipdonk kanaal” van auteur, Spittael George E
b.
Een verhaal Georges Spittaels. door Dirk Audenaert en Dirk Daelemans 1:40
Op 25 mei 1940 trok de familie Spittaels te voet van uit de Genstraat richting deVroenhoek.
Een eindje verderop werden ze evenwel door een Duits soldaat tot staan gebracht. "Hij gaat ons doodschieten," had vader Spittael angstig gemompeld, maar hij had het verkeerd voor. Het viertal werd die vroege zaterdagmorgen tegengehouden om een toch wel speciale reden: vlakbij was immers een Duits veldhospitaal en daar waren al enkele doden te betreuren. En die moesten begraven worden.
"Plots hoorden we treurige marsmuziek, gespeeld door een muziekkapel," zegt George, die het melodietje nooit meer vergat: "Ich hatt'ein Kameraden, ein besseren findest du nicht". (Gezongen door Dirk Daelemans)"Door het lover zagen we enkele brancardiers die een tiental lichamen naar een veldgraf droegen. Later is gebleken dat we getuige waren geweest van de begrafenis van zeven Duitse en vijf Belgische soldaten die, naar Duitse traditie, bij het ochtendgloren werden begraven. En dat moment, die gebeurtenis heeft mij, als zestienjarig jongetje, echt gepakt en betekende de start van mijn levenswerk.
Vooral toen ik nadien vernam dat zowel de Duitse als de Belgische soldaten, die eerst mekaar naar het leven hadden gestaan, toch broederlijk naast mekaar werden begraven. Over de dood heen, bestaan er geen vijanden meer.
Op 25 mei 1940 trok de familie Spittaels te voet van uit de Genstraat richting deVroenhoek.
Een eindje verderop werden ze evenwel door een Duits soldaat tot staan gebracht. "Hij gaat ons doodschieten," had vader Spittael angstig gemompeld, maar hij had het verkeerd voor. Het viertal werd die vroege zaterdagmorgen tegengehouden om een toch wel speciale reden: vlakbij was immers een Duits veldhospitaal en daar waren al enkele doden te betreuren. En die moesten begraven worden.
"Plots hoorden we treurige marsmuziek, gespeeld door een muziekkapel," zegt George, die het melodietje nooit meer vergat: "Ich hatt'ein Kameraden, ein besseren findest du nicht". (Gezongen door Dirk Daelemans)"Door het lover zagen we enkele brancardiers die een tiental lichamen naar een veldgraf droegen. Later is gebleken dat we getuige waren geweest van de begrafenis van zeven Duitse en vijf Belgische soldaten die, naar Duitse traditie, bij het ochtendgloren werden begraven. En dat moment, die gebeurtenis heeft mij, als zestienjarig jongetje, echt gepakt en betekende de start van mijn levenswerk.
Vooral toen ik nadien vernam dat zowel de Duitse als de Belgische soldaten, die eerst mekaar naar het leven hadden gestaan, toch broederlijk naast mekaar werden begraven. Over de dood heen, bestaan er geen vijanden meer.
Carine: Kaprijke
en Lembeke kenden politieke gevangenen
en weggevoerden. Hierover getuigen Sandra De Buck, Dirk Daelemans en Dirk
Audenaert:
6. Politiek gevangenen
a.
het verzet door Sandra 3:40
Na 18 dagen oorlog was de strijd voor de Belgische strijdkrachten voorbij.
België had zich overgegeven en was een bezet land. Er werd van alles opgeëist en het voedsel werd gerantsoeneerd. We leefden onder het juk van Duitsland, maar niet iedereen legde zich daar zomaar bij neer.
In alle stilte begon het verzet te woekeren. Ook in onze gemeente werden betrouwbare personen aangezocht om geheime opdrachten uit te voeren. Op die manier hebben enkele mannen van Kaprijke en Gravin Madeleine d’Alcantara zich ingezet om het vaderland te dienen.
Maar ook in tijden van oorlog zijn er voor- en tegenstanders. Er moet maar één iemand zijn mond voorbij praten of verklikt worden en de gevolgen zijn niet meer te overzien. Eens er één iemand opgepakt wordt volgen er onvermijdelijk nog arrestaties.
Wie de folterkamers in het kamp van Breendonk gezien heeft, begrijpt best dat niet iedereen blijft zwijgen. Er wordt geklikt en meerdere bekentenissen worden afgedwongen. Zo zijn in de nacht van 12 op 13 april 1943 Albert Crommelinck, Albert Martens , Roger Van Hyfte , Herman Samsoen en Daniël Stevesyns van hun bed gehaald en in Eeklo opgesloten.
‘s Anderendaags werden ze naar de Nieuwe Wandeling in Gent overgebracht.
Door het weinige eten dat ze daar kregen, eten dat geen eten was, raakten ze al vlug uitgemergeld.
Later werden ze naar Duitse concentratiekampen gedeporteerd.
Het regime in elk van deze concentratiekampen was overal onmenselijk zwaar, zowel fysiek als mentaal.
Daniël Stevesyns werd half april 1945, dat is dus nog 7 maanden ná de bevrijding van Kaprijke, overgebracht naar het vernietigingskamp Dachau.
Dachau stond gekend als ‘het ergste’ en hij besefte dat dit wel eens het einde zou kunnen zijn.
Enkele uren voor het kamp in Dachau zou opgeblazen worden door de SS, vielen Amerikaanse militairen het concentratiekamp binnen. Dankzij deze inval heeft Danïel Stevesyns zijn verschrikkelijke periode nog kunnen navertellen.
Ook Herman Samsoen is levend teruggekeerd.
In totaal zijn ze 2 jaar weg geweest van huis, zonder dat iemand ook maar iets wist van wat er met hen was gebeurd.
Albert Crommelinck is omgekomen in het kamp van Flossenbürg, Albert Martens is gestorven in Dachau en Roger Van Hyfte heeft het kamp van Regensburg niet overleefd.
Gravin Madeleine d’Alcantara is ook opgepakt voor haar activiteiten bij het verzet en heeft het leven gelaten in Ravensbrück.
Na 18 dagen oorlog was de strijd voor de Belgische strijdkrachten voorbij.
België had zich overgegeven en was een bezet land. Er werd van alles opgeëist en het voedsel werd gerantsoeneerd. We leefden onder het juk van Duitsland, maar niet iedereen legde zich daar zomaar bij neer.
In alle stilte begon het verzet te woekeren. Ook in onze gemeente werden betrouwbare personen aangezocht om geheime opdrachten uit te voeren. Op die manier hebben enkele mannen van Kaprijke en Gravin Madeleine d’Alcantara zich ingezet om het vaderland te dienen.
Maar ook in tijden van oorlog zijn er voor- en tegenstanders. Er moet maar één iemand zijn mond voorbij praten of verklikt worden en de gevolgen zijn niet meer te overzien. Eens er één iemand opgepakt wordt volgen er onvermijdelijk nog arrestaties.
Wie de folterkamers in het kamp van Breendonk gezien heeft, begrijpt best dat niet iedereen blijft zwijgen. Er wordt geklikt en meerdere bekentenissen worden afgedwongen. Zo zijn in de nacht van 12 op 13 april 1943 Albert Crommelinck, Albert Martens , Roger Van Hyfte , Herman Samsoen en Daniël Stevesyns van hun bed gehaald en in Eeklo opgesloten.
‘s Anderendaags werden ze naar de Nieuwe Wandeling in Gent overgebracht.
Door het weinige eten dat ze daar kregen, eten dat geen eten was, raakten ze al vlug uitgemergeld.
Later werden ze naar Duitse concentratiekampen gedeporteerd.
Het regime in elk van deze concentratiekampen was overal onmenselijk zwaar, zowel fysiek als mentaal.
Daniël Stevesyns werd half april 1945, dat is dus nog 7 maanden ná de bevrijding van Kaprijke, overgebracht naar het vernietigingskamp Dachau.
Dachau stond gekend als ‘het ergste’ en hij besefte dat dit wel eens het einde zou kunnen zijn.
Enkele uren voor het kamp in Dachau zou opgeblazen worden door de SS, vielen Amerikaanse militairen het concentratiekamp binnen. Dankzij deze inval heeft Danïel Stevesyns zijn verschrikkelijke periode nog kunnen navertellen.
Ook Herman Samsoen is levend teruggekeerd.
In totaal zijn ze 2 jaar weg geweest van huis, zonder dat iemand ook maar iets wist van wat er met hen was gebeurd.
Albert Crommelinck is omgekomen in het kamp van Flossenbürg, Albert Martens is gestorven in Dachau en Roger Van Hyfte heeft het kamp van Regensburg niet overleefd.
Gravin Madeleine d’Alcantara is ook opgepakt voor haar activiteiten bij het verzet en heeft het leven gelaten in Ravensbrück.
b. Het
verhaal van Albert Martens door Dirk
Daelemans 4:10
Op 16 augustus 1942 is het ‘kapellekes zondag’ ( de zondag na halfoogst ) in Kaprijke. Mijn vader is er ook met zijn gezinnetje op de bedevaart dag aan de Kleemkapel en die dag wordt hij lid van het ‘Belgisch Legioen’ dat later ‘ Geheim Leger’ zal genoemd worden ( Zone III,sector Eeklo ). Het is Herman Samsoen, pelotonoverste, die hem lid maakt. Mijn moeder merkt daar niets van.
In de korte periode tussen zijn aanwerving en zijn aanhouding verricht Albert o.m. volgende verzetsdaden : het aankopen en vervoeren van wapens en munitie die bij particulieren voor rekening van de weerstand worden aangekocht, het wegbrengen van geallieerde piloten van neergeschoten vliegtuigen, het verzamelen van gegevens over vijandelijke troepentransporten en hun bewapening ten gerieve van de Intelligence Service Meetjesland-Zeeland en het verdelen van Nederlandse sluikbladen ( Het Parool en Trouw ).
Albert Martens is samen met de andere Kaprijkse Politieke gevangen opgepakt.
Op 17 september 1943 worden ze vanuit Gent op transport naar Duitsland gezet.
In het kamp van Esterwegen worden ze, na een ruwe was- en ontluizingsbeurt, volledig kaalgeschoren, van een kampkostuum voorzien en ondergebracht in barakken. De meeste Meetjeslanders komen terecht in barak 8. Mijn vader heeft er het ‘geluk’ een tijdlang in de keuken te mogen helpen ( hij was immers slachter ), waar hij allerlei voedsel scheefslaat voor zijn kameraden en zichzelf.
Van maart tot mei 1944 wordt het kamp ontruimd. Albert wordt op 20 maart, samen met andere Meetjeslanders, in vrachtwagens geladen om daarna per trein overgebracht te worden naar de gevangenis van Bayreuth.
De oorlog komt steeds dichterbij en steeds meer gevangenen uit allerlei kampen en gevangenissen worden geconcentreerd in het concentratiekamp van Dachau, een van de meest beruchte kampen in Duitsland.
Als ook Albert op 6 december 1944 via Nürenberg naar Dachau wordt gebracht, betekent dit ook voor hem zijn doodvonnis
In Dachau krijgt Albert op 7 december 1944 het stamnummer 134.939 en hij wordt overgebracht naar barak nr 30.
Op dat ogenblik woedt in het overbevolkte kamp met 63.000 gevangenen een erge luizenplaag. Die leidt tot een dodelijke epidemie van vlektyfus, een ziekte, die overgebracht wordt door luizen, en die gepaard gaat met hoge koorts, hoofdpijn, huiduitslag, misselijkheid en braken.
Alle gevangenen moeten bovendien elke dag de eindeloos durende en uiterst vermoeiende appèls op de reusachtige ‘appèlplatz’ ondergaan.
Vele van de gevangenen sterven van de uitputting en door de vlektyfus en het gebrek aan antibiotica. Begin december 1944 zijn er dat in Dachau tot 200 per dag.
Twee maanden na zijn aankomst in Dachau, op 13 februari 1945, sterft ook Albert daaraan. Hij is dan 34 jaar.
Een teruggekeerde politieke gevangene uit Dachau, een boertje uit Lichtervelde in WestVlaanderen, was erbij toen mijn vader daar stierf. Hij verklaarde dat de doodzieke Albert stierf ‘omdat hij de moed had opgegeven om ooit nog zijn gezin in Kaprijke terug te zien’.
Op 16 augustus 1942 is het ‘kapellekes zondag’ ( de zondag na halfoogst ) in Kaprijke. Mijn vader is er ook met zijn gezinnetje op de bedevaart dag aan de Kleemkapel en die dag wordt hij lid van het ‘Belgisch Legioen’ dat later ‘ Geheim Leger’ zal genoemd worden ( Zone III,sector Eeklo ). Het is Herman Samsoen, pelotonoverste, die hem lid maakt. Mijn moeder merkt daar niets van.
In de korte periode tussen zijn aanwerving en zijn aanhouding verricht Albert o.m. volgende verzetsdaden : het aankopen en vervoeren van wapens en munitie die bij particulieren voor rekening van de weerstand worden aangekocht, het wegbrengen van geallieerde piloten van neergeschoten vliegtuigen, het verzamelen van gegevens over vijandelijke troepentransporten en hun bewapening ten gerieve van de Intelligence Service Meetjesland-Zeeland en het verdelen van Nederlandse sluikbladen ( Het Parool en Trouw ).
Albert Martens is samen met de andere Kaprijkse Politieke gevangen opgepakt.
Op 17 september 1943 worden ze vanuit Gent op transport naar Duitsland gezet.
In het kamp van Esterwegen worden ze, na een ruwe was- en ontluizingsbeurt, volledig kaalgeschoren, van een kampkostuum voorzien en ondergebracht in barakken. De meeste Meetjeslanders komen terecht in barak 8. Mijn vader heeft er het ‘geluk’ een tijdlang in de keuken te mogen helpen ( hij was immers slachter ), waar hij allerlei voedsel scheefslaat voor zijn kameraden en zichzelf.
Van maart tot mei 1944 wordt het kamp ontruimd. Albert wordt op 20 maart, samen met andere Meetjeslanders, in vrachtwagens geladen om daarna per trein overgebracht te worden naar de gevangenis van Bayreuth.
De oorlog komt steeds dichterbij en steeds meer gevangenen uit allerlei kampen en gevangenissen worden geconcentreerd in het concentratiekamp van Dachau, een van de meest beruchte kampen in Duitsland.
Als ook Albert op 6 december 1944 via Nürenberg naar Dachau wordt gebracht, betekent dit ook voor hem zijn doodvonnis
In Dachau krijgt Albert op 7 december 1944 het stamnummer 134.939 en hij wordt overgebracht naar barak nr 30.
Op dat ogenblik woedt in het overbevolkte kamp met 63.000 gevangenen een erge luizenplaag. Die leidt tot een dodelijke epidemie van vlektyfus, een ziekte, die overgebracht wordt door luizen, en die gepaard gaat met hoge koorts, hoofdpijn, huiduitslag, misselijkheid en braken.
Alle gevangenen moeten bovendien elke dag de eindeloos durende en uiterst vermoeiende appèls op de reusachtige ‘appèlplatz’ ondergaan.
Vele van de gevangenen sterven van de uitputting en door de vlektyfus en het gebrek aan antibiotica. Begin december 1944 zijn er dat in Dachau tot 200 per dag.
Twee maanden na zijn aankomst in Dachau, op 13 februari 1945, sterft ook Albert daaraan. Hij is dan 34 jaar.
Een teruggekeerde politieke gevangene uit Dachau, een boertje uit Lichtervelde in WestVlaanderen, was erbij toen mijn vader daar stierf. Hij verklaarde dat de doodzieke Albert stierf ‘omdat hij de moed had opgegeven om ooit nog zijn gezin in Kaprijke terug te zien’.
7.
Weggevoerden
Het verhaal van Gustaaf Audenaert als weggevoerde door
Dirk Audenaert 3:30
Toen mijn vader Gustaaf 19 jaar was, werd hij samen met nog 32 Kaprijkenaren opgeëist om naar Duitsland te gaan werken. Naar waar, om wat te doen en voor hoelang niemand wist het. Op 26 maart 1943 moest hij zich melden aan het station van Kaprijke en ging hij met de trein mee richting Duitsland. De eerste halte was Aken waar hij kon kiezen tussen Hamburg, Berlijn of Leipzig. Omdat Willy Van De Vijver, een buurman, in Leipzig was, koos Gustaaf ook voor Leipzig waar hij dan Willy enkele keren heeft ontmoet. Daar werd hij verder verdeeld en met 8 man , na een nacht in koude statie geslapen te hebben kwam hij uiteindelijk aan in Reichenbach 30km van de Chechische gens..
Maurits de Wever werd als jongste gast tewerk gesteld bij een Hollander die daar een bedrijf had. Maurits mocht na 4 maanden reeds naar huis, van geluk gesproken. Samen met Adhemar en Lionel Claeys moest Gustaaf in een fabriek gaan werken, waar lintmeters en waterpassen werden gemaakt. Na verloop van tijd kreeg Gustaaf buitenwerk samen met André Goethals, dat was meestal kolen lossen aan het station.
In december 1944 moest Gustaaf zich gaan aanbieden bij de Arbeidsdienst. Op die manier kwam hij in een kamp terecht, kreeg bruine kampkleren en moest hij in een barak gaan slapen. Elke morgen was het Appél op het binnenplein en moest hij “ Heil Hitler “ zeggen, anders kreeg hij geen eten die dag. Ook marcheren met een spade op de schouder was één van de dagelijkse taken.
Op 17 april 1945, rond het einde en de chaos van de oorlog in Duitsland , werd hij uit het kamp ontslagen en kreeg hij zijn burgerkleren terug. Die had hij moeten afgeven omdat hij niet zouden weglopen. Gustaaf ging richting het westen tot hij een Duitse hoeve zag. Voor eten en slaapgelegenheid bleef hij er enkele dagen om te helpen aan de voorjaars werkzaamheden op de boerderij.
Bij het verder huiswaarts stappen was er eerst controle van de oprukkende Engelse troepen, waarna hij door Belgische soldaten opgevangen en verzameld werd. Na enkele dagen werd hij met de auto naar een station gebracht en op de trein richting België gezet. Aan de Belgische grens hadden de jongens een laatste controle, kregen ze eten en konden een nacht slapen. ’s Anderendaags ging de rit huiswaarts. In de Rysselhofstraat kwamen de buren van het veld en gingen mee naar huis om zijn verhaal van 26 maanden in Duitsland te horen.
“15 mei 1945 de mooiste dag van mijn leven, terug thuis en weer vrij !! “ Dit is 8 maand na de bevrijding van Kaprijke.
Helaas is dezelfde dag Maurits Teerlinck van het Eindeken begraven. Maurits was ook opgeëist maar door ziekte vervroegd naar huis gekomen.
Toen mijn vader Gustaaf 19 jaar was, werd hij samen met nog 32 Kaprijkenaren opgeëist om naar Duitsland te gaan werken. Naar waar, om wat te doen en voor hoelang niemand wist het. Op 26 maart 1943 moest hij zich melden aan het station van Kaprijke en ging hij met de trein mee richting Duitsland. De eerste halte was Aken waar hij kon kiezen tussen Hamburg, Berlijn of Leipzig. Omdat Willy Van De Vijver, een buurman, in Leipzig was, koos Gustaaf ook voor Leipzig waar hij dan Willy enkele keren heeft ontmoet. Daar werd hij verder verdeeld en met 8 man , na een nacht in koude statie geslapen te hebben kwam hij uiteindelijk aan in Reichenbach 30km van de Chechische gens..
Maurits de Wever werd als jongste gast tewerk gesteld bij een Hollander die daar een bedrijf had. Maurits mocht na 4 maanden reeds naar huis, van geluk gesproken. Samen met Adhemar en Lionel Claeys moest Gustaaf in een fabriek gaan werken, waar lintmeters en waterpassen werden gemaakt. Na verloop van tijd kreeg Gustaaf buitenwerk samen met André Goethals, dat was meestal kolen lossen aan het station.
In december 1944 moest Gustaaf zich gaan aanbieden bij de Arbeidsdienst. Op die manier kwam hij in een kamp terecht, kreeg bruine kampkleren en moest hij in een barak gaan slapen. Elke morgen was het Appél op het binnenplein en moest hij “ Heil Hitler “ zeggen, anders kreeg hij geen eten die dag. Ook marcheren met een spade op de schouder was één van de dagelijkse taken.
Op 17 april 1945, rond het einde en de chaos van de oorlog in Duitsland , werd hij uit het kamp ontslagen en kreeg hij zijn burgerkleren terug. Die had hij moeten afgeven omdat hij niet zouden weglopen. Gustaaf ging richting het westen tot hij een Duitse hoeve zag. Voor eten en slaapgelegenheid bleef hij er enkele dagen om te helpen aan de voorjaars werkzaamheden op de boerderij.
Bij het verder huiswaarts stappen was er eerst controle van de oprukkende Engelse troepen, waarna hij door Belgische soldaten opgevangen en verzameld werd. Na enkele dagen werd hij met de auto naar een station gebracht en op de trein richting België gezet. Aan de Belgische grens hadden de jongens een laatste controle, kregen ze eten en konden een nacht slapen. ’s Anderendaags ging de rit huiswaarts. In de Rysselhofstraat kwamen de buren van het veld en gingen mee naar huis om zijn verhaal van 26 maanden in Duitsland te horen.
“15 mei 1945 de mooiste dag van mijn leven, terug thuis en weer vrij !! “ Dit is 8 maand na de bevrijding van Kaprijke.
Helaas is dezelfde dag Maurits Teerlinck van het Eindeken begraven. Maurits was ook opgeëist maar door ziekte vervroegd naar huis gekomen.
a.
Carine:
Toen gebeurde er een vreemd ongeluk….Burgemeester: vertel het ons
8. Ontploffing
trein door Pieter Claeys 30”
De Duitse trein Eisenbahn-Batterie
718 had drie zware spoorwegkanonnen en stond tot juli 1944 opgesteld bij het
spoorwegstation van Knokke. Bij de terugtrekking van het Duitse leger eind mei
1944 werd een wisselstelling gebouwd in Balgerhoeke, waarna op 3 juli de
batterij daar werd opgesteld. Op 5 september 1944 werd vanaf deze stelling de
omgeving Gent beschoten.
Op 9 september werd de stelling verlegd naar Lembeke en nadat op 12 september alle munitie verschoten was, werd het geschut op 13 september tot ontploffing gebracht tussen Kaprijke en Bassevelde.
De bevrijding van Kaprijke en Lembeke was nabij.
Op 9 september werd de stelling verlegd naar Lembeke en nadat op 12 september alle munitie verschoten was, werd het geschut op 13 september tot ontploffing gebracht tussen Kaprijke en Bassevelde.
De bevrijding van Kaprijke en Lembeke was nabij.
9. Optreden
van For Freedom Pipes & Drums ze marcheren naar hun plaats.
10. Bevrijding
Kaprijke
Carine vraagt Rudy Danel om de voertuigen te laten vertrekken. 10’
Carine vraagt Rudy Danel om de voertuigen te laten vertrekken. 10’
a. De
legervoertuigen komen aangereden uit de Voorstraat naar de Veldstraat tot aan
de Bibliotheek.
b. Op
het zelfde moment speelt De Harmonie speelt naoorlogse deuntjes
c. Optreden
van For Freedom Pipes & Drums ’
d. Carine heeft een samenvatting: :
16 september 1944 : om 10 uur in
Kaprijke rijden er Canadesetanks binnen, om 11u30 worden zij in het stadhuis
ontvangen. Om 17u30 opgerukt richting Bassevelde. Ondertussen gebeuren er aller
zaken:
Tekst uit Libera me van Georges Spitaels door Odette van Hamme 1:30
Op 16 september 1944 was het een warme heldere dag. De Canadese bevrijders trokken vanuit Eeklo richting Kaprijke om daar hun kamp op te slaan. Om 10 uur verschenen enkele lichte verkenningsvoertuigen in de Voorstraat.
Eindelijk was de bevrijding daar. Een grote kermis en feestvreugde was daar het gevolg van. Wat velen niet wisten, was dat de Duitsers nog vlakbij zaten. onder andere aan het Station bij toenmalig burgemeester Rudolf van Isacker. Toen de burgemeester vertrok naar het stadhuis om de Canadezen te verwelkomen, vroegen de Duitsers of hij mee ging vieren. Ondertussen waren een 4 tal Sherman tanks verschenen, deze posteerden zich op elke hoek van het Plein. De mensen kwamen zingend en dansend naar buiten. Victor Meire speelde de “Brabanconne” met zijn accordeon. Rond 12 uur stapte de Burgemeester terug naar huis, en zei, ik ga terug naar de Duitsers. En inderdaad toen hij thuiskwam, zaten ze nog steeds op zijn hof. Op het Fortjen, trokken er nog steeds Duitsers voorbij. Een rosse jonge Duitser snoefde tegen Gentil Vercruysse. Feest in het dorp ginder? Zijn de Tommies al aangekomen? Morgen komen wij terug en steken alles in brand.
Tekst uit Libera me van Georges Spitaels door Odette van Hamme 1:30
Op 16 september 1944 was het een warme heldere dag. De Canadese bevrijders trokken vanuit Eeklo richting Kaprijke om daar hun kamp op te slaan. Om 10 uur verschenen enkele lichte verkenningsvoertuigen in de Voorstraat.
Eindelijk was de bevrijding daar. Een grote kermis en feestvreugde was daar het gevolg van. Wat velen niet wisten, was dat de Duitsers nog vlakbij zaten. onder andere aan het Station bij toenmalig burgemeester Rudolf van Isacker. Toen de burgemeester vertrok naar het stadhuis om de Canadezen te verwelkomen, vroegen de Duitsers of hij mee ging vieren. Ondertussen waren een 4 tal Sherman tanks verschenen, deze posteerden zich op elke hoek van het Plein. De mensen kwamen zingend en dansend naar buiten. Victor Meire speelde de “Brabanconne” met zijn accordeon. Rond 12 uur stapte de Burgemeester terug naar huis, en zei, ik ga terug naar de Duitsers. En inderdaad toen hij thuiskwam, zaten ze nog steeds op zijn hof. Op het Fortjen, trokken er nog steeds Duitsers voorbij. Een rosse jonge Duitser snoefde tegen Gentil Vercruysse. Feest in het dorp ginder? Zijn de Tommies al aangekomen? Morgen komen wij terug en steken alles in brand.
e. Slachtoffers
op het Plein door Carine 1:10
Rond
18 uur zijn er 20 minuten beschietingen geweest van op de Landsdijk, of van op
het fortjen.
Op 5 minuten was het dorp leeg. De mensen vluchtten naar alle kanten en naar de kelders. Velen verstopten zich achter de kerkhof muur. Zo kwam aan het feest abrupt een einde. De meeste bommen kwamen terecht op de weide van het klooster. Maar op het hof van Boerjan (Nu Van De Veere) viel er een bom met slachtoffers als gevolg. Ik was daar bij, vertelt Raymond De Wever mij. Ik liep met mijn maat op het Plein en boerin Elodie Minnaert riep ons om te komen schuilen. We zijn echter niet binnen geraakt. Elodie Minnaert 44jen Bruno Boelens 68j vonden beiden de dood. Mariette Boerjan 8j dochter van Elodie was gewond.
Op 5 minuten was het dorp leeg. De mensen vluchtten naar alle kanten en naar de kelders. Velen verstopten zich achter de kerkhof muur. Zo kwam aan het feest abrupt een einde. De meeste bommen kwamen terecht op de weide van het klooster. Maar op het hof van Boerjan (Nu Van De Veere) viel er een bom met slachtoffers als gevolg. Ik was daar bij, vertelt Raymond De Wever mij. Ik liep met mijn maat op het Plein en boerin Elodie Minnaert riep ons om te komen schuilen. We zijn echter niet binnen geraakt. Elodie Minnaert 44jen Bruno Boelens 68j vonden beiden de dood. Mariette Boerjan 8j dochter van Elodie was gewond.
f. Slachtoffers
Vrouwstraat door Dirk Daelemans 25”
Ook in de Vrouwstraat vielen er doden en gekwetsten. Volgens Raymond De Wever was de Witte Brigade vuur aan het stoken aan het vroegere postkantoor in de Vrouwstraat., het huis van de oorlogsburgemeester. Er waren daar veel kijklustigen. Net op dat moment sloeg daar een Duitse bom in.
Slachtoffers: De zusjes Van Rentergem Cecile 13j en Lutgarde 2j. Alice Lippens 36j, en haar zoontje Wilfried De Kenne 2j.
Ook in de Vrouwstraat vielen er doden en gekwetsten. Volgens Raymond De Wever was de Witte Brigade vuur aan het stoken aan het vroegere postkantoor in de Vrouwstraat., het huis van de oorlogsburgemeester. Er waren daar veel kijklustigen. Net op dat moment sloeg daar een Duitse bom in.
Slachtoffers: De zusjes Van Rentergem Cecile 13j en Lutgarde 2j. Alice Lippens 36j, en haar zoontje Wilfried De Kenne 2j.
g. Bevrijding
Fortjen Hogevorst door Dirk Audenaert 1:05
Toen de Canadezen
op 17 september hun opmars voortzetten richting Fortjen werden ze beschoten
door een overgebleven Duitser. Hij probeerde een woning binnen te dringen, maar
dat is hem niet gelukt. Uiteindelijk werd de Duitster dodelijk getroffen door
Canadees vuur.
Volgens nasporingen ging het om de 29 jarige Duitse soldaat Nierhaus Otto. Destijds werd hij voorlopig begraven op het akkerland van familie De Baets op Heine. De gemeentediensten van Bassevelde hebben hem enige tijd later herbegraven op het kerkhof van Bassevelde. Op 22 oktober 1948 werd het stoffelijk overschot overgebracht naar het Duits Soldatenkerkhof te Lommel.
Kort na de oorlog kwam de moeder van Otto naar Kaprijke op zoek naar de plek waar haar zoon gestorven was. Zij liet elk jaar een mis opdragen door de pastoor van Kaprijke voor de zielerust van haar gevallen zoon.
Volgens nasporingen ging het om de 29 jarige Duitse soldaat Nierhaus Otto. Destijds werd hij voorlopig begraven op het akkerland van familie De Baets op Heine. De gemeentediensten van Bassevelde hebben hem enige tijd later herbegraven op het kerkhof van Bassevelde. Op 22 oktober 1948 werd het stoffelijk overschot overgebracht naar het Duits Soldatenkerkhof te Lommel.
Kort na de oorlog kwam de moeder van Otto naar Kaprijke op zoek naar de plek waar haar zoon gestorven was. Zij liet elk jaar een mis opdragen door de pastoor van Kaprijke voor de zielerust van haar gevallen zoon.
h. Canadese
slachtoffers door Pieter Claeys 1:15”
Op zondag 17 september trokken de Canadezen verder richting Bassevelde. hierbij werden heel wat Duitsers krijgsgevangen genomen. In de Beekstraat viel een eerste Canadees slachtoffer. Het was Albert Jozef Louis 24j. Een andere Canadees soldaat Robert H. Clark werd zwaargewond naar een veldhospitaal gebracht en stierf 2 dagen later. Hij werd begraven te Calais.
In totaal sneuvelden 6 Canadese soldaten die dag. Zij werden voorlopig begraven op het kerkhof van Kaprijke. Mevr. Anna Claeys, die in het stadhuis van Kaprijke woonde vertelde het volgende.
Ik kon alles volgen van uit het stadhuis in mijn achterkoer die aan het kerkhof ligt. Op een Canadese hulppost werden eerst de lichamen in dekens en tentzeilen gewikkeld en met telefoondraad samengebonden. Daarna werden ze met een korte plechtigheid op het kerkhof begraven. Er waren niet veel aanwezigen. Een Canadese priester, de soldaten die de slachtoffers gebracht hadden, en een 20 tal Kaprijkenaren, die van op afstand, eerbiedig de plechtigheid volgden.
Een jaar later, werden de lichamen overgebracht naar het Canadees kerkhof te Adegem. Ook dit heb ik zien gebeuren. Ik heb jaarlijks de graven op het Canadees kerkhof bezocht, waar ze nu nog steeds liggen op blok 5 op nummers 7 tot 12.
Op zondag 17 september trokken de Canadezen verder richting Bassevelde. hierbij werden heel wat Duitsers krijgsgevangen genomen. In de Beekstraat viel een eerste Canadees slachtoffer. Het was Albert Jozef Louis 24j. Een andere Canadees soldaat Robert H. Clark werd zwaargewond naar een veldhospitaal gebracht en stierf 2 dagen later. Hij werd begraven te Calais.
In totaal sneuvelden 6 Canadese soldaten die dag. Zij werden voorlopig begraven op het kerkhof van Kaprijke. Mevr. Anna Claeys, die in het stadhuis van Kaprijke woonde vertelde het volgende.
Ik kon alles volgen van uit het stadhuis in mijn achterkoer die aan het kerkhof ligt. Op een Canadese hulppost werden eerst de lichamen in dekens en tentzeilen gewikkeld en met telefoondraad samengebonden. Daarna werden ze met een korte plechtigheid op het kerkhof begraven. Er waren niet veel aanwezigen. Een Canadese priester, de soldaten die de slachtoffers gebracht hadden, en een 20 tal Kaprijkenaren, die van op afstand, eerbiedig de plechtigheid volgden.
Een jaar later, werden de lichamen overgebracht naar het Canadees kerkhof te Adegem. Ook dit heb ik zien gebeuren. Ik heb jaarlijks de graven op het Canadees kerkhof bezocht, waar ze nu nog steeds liggen op blok 5 op nummers 7 tot 12.
11. Oorlog in Lembeke
Carine: De bevrijding kende niet enkel feestgedruis, volgende getuigenis door dorpsdichteres Marieke van Hoestenberghe schetst de duistere kantjes
Carine: De bevrijding kende niet enkel feestgedruis, volgende getuigenis door dorpsdichteres Marieke van Hoestenberghe schetst de duistere kantjes
a. Schermutselingen bij de bevrijding (Naar
de getuigenissen van Dhr. Versluys) Marieke
Van Hoestenberghe 1:40”
Op de dag van de bevrijding in Lembeke werd niet meer geschoten. De Canadezen zijn Lembeke binnengekomen via de Nieuwstraat en Philibert, iemand die Engels kon praten, heeft hen ontvangen. Twee zussen die een café hadden in het dorp, waren er als eersten bij om de bevrijders bloemen te overhandigen. Iedereen wist echter, dat ze tijdens de oorlog met de Duitsers hadden gehandeld. Hiervoor werden hun bloemen hardhandig uit hun handen gerukt door enkele dorpsbewoners en op de grond kapotgesmeten. Ook in hun café werden flessen drank weggenomen. Dit was de aanzet van de wraak tegen de “zwarten”. Huisraad werd op straat gegooid. Bij zelfstandigen werd het geld uit de kassa genomen, in brand gestoken en stevig opgepookt. Sommige vrouwen werden opgepakt en kaal geschoren. Ook huizen werden in brand gestoken. Onze getuige zag iemand in het dorp fietsen met een jerrycan benzine, zo weet hij bijna zeker wie de brandstichter was. Hij ging als 17- jarige, uit nieuwsgierigheid kijken naar het gebeuren en moest zelf uit een brandend huis wegvluchten…
Op de dag van de bevrijding in Lembeke werd niet meer geschoten. De Canadezen zijn Lembeke binnengekomen via de Nieuwstraat en Philibert, iemand die Engels kon praten, heeft hen ontvangen. Twee zussen die een café hadden in het dorp, waren er als eersten bij om de bevrijders bloemen te overhandigen. Iedereen wist echter, dat ze tijdens de oorlog met de Duitsers hadden gehandeld. Hiervoor werden hun bloemen hardhandig uit hun handen gerukt door enkele dorpsbewoners en op de grond kapotgesmeten. Ook in hun café werden flessen drank weggenomen. Dit was de aanzet van de wraak tegen de “zwarten”. Huisraad werd op straat gegooid. Bij zelfstandigen werd het geld uit de kassa genomen, in brand gestoken en stevig opgepookt. Sommige vrouwen werden opgepakt en kaal geschoren. Ook huizen werden in brand gestoken. Onze getuige zag iemand in het dorp fietsen met een jerrycan benzine, zo weet hij bijna zeker wie de brandstichter was. Hij ging als 17- jarige, uit nieuwsgierigheid kijken naar het gebeuren en moest zelf uit een brandend huis wegvluchten…
b. Het
Maria Domein in Lembeke Heihoek door Pieter Claeys 30”
De Kapel met ommegang werd in 1947 opgericht door pastoor Van Goethem met de steun van vele parochianen. Ook de 15 kapelletjes van de ommegang werden geschonken door Lembeekse familie’s. Dit alles uit dankbaarheid omdat Lembeke gespaard bleef van veel oorlogsgeweld.
De Kapel met ommegang werd in 1947 opgericht door pastoor Van Goethem met de steun van vele parochianen. Ook de 15 kapelletjes van de ommegang werden geschonken door Lembeekse familie’s. Dit alles uit dankbaarheid omdat Lembeke gespaard bleef van veel oorlogsgeweld.
12. Nog een aankondiging door Carine
In de nasleep van de oorlog deed zich nog een drama voor met Kinderen op het Eindeken door Sandra 2:00
In de nasleep van wereldoorlog twee.
22 november 1944. Een kille dag. Zes kinderen kwamen terug van school.
Op weg naar huis, vonden zij achtergelaten staven buskruit.
Ondeugend als ze waren, smeedden de jongens, Julien Teerlinck, Robert Van Vooren, Gilbert Van Heule, Firmin De Baets en Medard Claeys, het plan om Mevrouw Emelie Van Gelder, wonende op het Eindeken, te doen schrikken.
In de nasleep van de oorlog deed zich nog een drama voor met Kinderen op het Eindeken door Sandra 2:00
In de nasleep van wereldoorlog twee.
22 november 1944. Een kille dag. Zes kinderen kwamen terug van school.
Op weg naar huis, vonden zij achtergelaten staven buskruit.
Ondeugend als ze waren, smeedden de jongens, Julien Teerlinck, Robert Van Vooren, Gilbert Van Heule, Firmin De Baets en Medard Claeys, het plan om Mevrouw Emelie Van Gelder, wonende op het Eindeken, te doen schrikken.
Eén van de kinderen ging
lucifers halen, een andere jongen werd naar huis geroepen.
Zich van geen kwaad bewust
speelden de jongens letterlijk en figuurlijk met vuur.
De kinderen wisten niet dat ze
dit spel met hun leven zouden bekopen.
Een zware ontploffing volgde.
Een zware ontploffing volgde.
Een tekst uit het archief van de Deken luidt als volgt :
Vijf kinderen zijn jammerlijk omgekomen door een ongeluk dat plaats vond hier in de wijk Eindeken, met een doos vol explosieven, achtergelaten door Duitse soldaten op de vlucht.
Niet wetende hoe gevaarlijk deze doos was, hebben zij ze in brand gestoken, waarop deze plots ontplofte, dodende vijf ongelukkige kinderen, en hun lichamen helemaal verminkt, zodanig, dat op één na, niemand meer op zicht kon herkend worden.
13. Optreden van For Freedom Pipes & Drums
Carine:
We gaan nu over tot de naamafroeping én herdenking van de oorlogsslachtoffers
Willen de vlaggendragers en brandweermannen hun plaats innemen (geeft de commandant zelf bevel aan zijn mannen dan hoef ik de brandweer niet uit te nodigen? )
Willen de vlaggendragers en brandweermannen hun plaats innemen (geeft de commandant zelf bevel aan zijn mannen dan hoef ik de brandweer niet uit te nodigen? )
14. Bloemenhulde
a. De vlaggendragers en de brandweer begeven
zich naar het bord met de namen van de slachtoffers.
b.
Belgische
soldaten gestorven gedurende de oorlog 1940-1945
Van De Velde J. 20 jaar
Van Hamme Lionel 26 jaar
Goethals Medard 29 jaar
Van Den Berghe Cesar 39
jaar
Haers Julien 19 jaar
Namen
van burgerslachtoffers gedurende de oorlog 1940 - 1945
Van Kerkhove Charles 11 jaar
Rijk Willem 18 jaar
Van Hamme Lionel 26 jaar
Geirnaert A. 51 jaar
Laceuse A. ?????
Hesta Theophiel 26 jaar
Betsens Raymond 21 jaar
Van Den Bossche Camiel 54
jaar
Dhaenens Omer 16 jaar
Teerlinck Maurice Medard 23
jaar
De Paepe Armand 30 jaar
Bekaert Emiel 67 jaar
Namen
van politiek gevangenen gestorven gedurende de oorlog 1940 – 1945
D’Alcantara Madeleine 28
jaar RavensBrück
Martens Albert 35 jaar Dachau
Crommelinck Albert 29 jaar Flossenburg
Van Hyfte Roger 23 jaar Regensburg
Namen
van weggevoerden gestorven tijdens de oorlog 1940 – 1945
Basselez André 20 jaar Chemnitz
Teerlinck Medard 22 jaar
Demedts Maurice 19 jaar
Huyghe Oscar 19 jaar Berlijn
Van Vooren Georges 20 jaar
Vermeire Gerard 23 jaar
Lippens Antoine 23 jaar
Politiek
gevangenen bevrijd en levend teruggekeerd.
Stevesyns Daniël
Samsoen Herman
Lees verder volgende bladzijde
|
Naamafroeping van de slachtoffers van Kaprijke en Lembeke door Dirk Daelemans
Canadese Soldaten
gesneuveld in Kaprijke - Bassevelde bij de bevrijding
Luitenant; Goodchild V.H. 26 jaar
Sergeant; Dugal E. L, 22 jaar
Soldaten
Mac-Lean R. J. 21 jaar
Newelle Earl. 24
jaar
Richardson J. B. 26 jaar
Albert Jozef Louis
24 jaar
Clarck Robert H. ? jaar
Namen van
burgerslachtoffers bij de bevrijding Kaprijke op 16 september 1944
Minnaert Elodie (Marie) 44 jaar
Boelens Bruno 69 jaar
Lippens Alice M. 36 jaar
De Kenne Wilfried 2 jaar
Van Renterghem Lutgardis 2 jaar
Van Renterghem Cecile (Maria) 13 jaar
Neyt Lima 19 jaar
Neyt Omer 23 jaar
De Taeye Adriana 44 jaar
De Rooze Maria 55 jaar
De Clercq Madeleine 42
jaar
Namen van kinderen bij
ongeval met explosieven op het Eindeken op 20 november 1944
Claeys Medard 12 jaar
De Baets Firmin 11 jaar
Teerlinck Julien 12 jaar
Van Heule Gilbert 11 jaar
Van Vooren Robert 12 jaar
|
c.
LAST POST
door Yver en Eendracht gevolgd door Lament door één Piper
Patrick Goossens beveelt te groeten.
Patrick Goossens beveelt te groeten.
d.
Bevrijding
Zou er
feest mogen gevierd worden
Om na
zoveel bezetting
Vrij te
mogen zijn?
Angst maakt
plaats voor hoop
Want de
geallieerden komen
Nog voor ze
het konden dromen
Wereldwijd
bevrijd
Aan elke
dorpel en gevel
Wappert de
vlag
Omdat
buiten komen weer mag
Voorzichtig
weer een toekomst
Opbouw van
de krater
Als
herinnering voor later
Beziel de
gewonden
Daar waar
hun huizen stonden
Pact
gesloten
Bloed
vergoten
Nooit meer
oorlog
Met goede
wil in het kielzog
|
Hier zou ik 2 seconden stilte laten en Marieke zelf naar voor laten komen. Ze is al aangekondigd geweest en draagt haar sjerp: dit om het dramatische en om aandacht te vragen op een andere manier.
Gedicht bevrijding door onze dorpsdichteres Van Hoestenberghe Marieke 1:10”
e. Het Canadees Volkslied door Yver en Eendracht
Patrick Goossens beveelt te groeten.
Patrick Goossens beveelt te groeten.
f.
De namen van de
bloemendragers worden afgeroepen door Carine Van Der Sypt.
De bloemen worden door brandweermannen overhandigd aan de schenker.
1) Provincie Oost – Vlaanderen waarnemend Goeverneur van Oost-Vlaanderen Dhr Detollenaere
De bloemen worden door brandweermannen overhandigd aan de schenker.
1) Provincie Oost – Vlaanderen waarnemend Goeverneur van Oost-Vlaanderen Dhr Detollenaere
2) Gemeente
Kaprijke. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Claeys Pieter
Burgemeester Kaprijke
3) VZW Belgie – Canada . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Van Lierde Willy
4) NSB Kaprijke . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Heynssens Rudy
5) NSB Gewest Eeklo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Vereecke Johan
6) VZW De papavrienden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr De Coussemaker en Maenhout Valeer
7) De re-enactement vereniging CODUS. . . . . . . Dhr Dias Patrick
8) WZC Sint Vincentius Kaprijke . . . . . . . . . . . . . een brandweer vrijwilliger
9) Rode kruis afdeling Kaprijke . . . . . . . . . . . . . Dhr Ryckaert Geert
10) Okra Kaprijke. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Wouters Fredy
11) voor de zusters Van Rentergem . . . . . . . . . .Mevr Lotte en Hanne Reyniers
3) VZW Belgie – Canada . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Van Lierde Willy
4) NSB Kaprijke . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Heynssens Rudy
5) NSB Gewest Eeklo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Vereecke Johan
6) VZW De papavrienden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr De Coussemaker en Maenhout Valeer
7) De re-enactement vereniging CODUS. . . . . . . Dhr Dias Patrick
8) WZC Sint Vincentius Kaprijke . . . . . . . . . . . . . een brandweer vrijwilliger
9) Rode kruis afdeling Kaprijke . . . . . . . . . . . . . Dhr Ryckaert Geert
10) Okra Kaprijke. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Wouters Fredy
11) voor de zusters Van Rentergem . . . . . . . . . .Mevr Lotte en Hanne Reyniers
g.
Het Belgisch Volkslied
door Yver en Eendracht
Patrick Goossens beveelt te groeten.
Patrick Goossens beveelt te groeten.
15. Rudy vraagt het publiek om zich te
verplaatsen
We vangen nu aan met deel 2 van het programma.
We vangen nu aan met deel 2 van het programma.
Hierbij vraag ik
het publiek om zicht te verplaatsen naar
de Wauterstraat.
De oprit van de parking is de verzamelplaats. Ik raad u aan om met de auto via de Vrouwstraat naar de parking in de Wauterstraat te rijden. Hiervoor moet u op het einde van de Vrouwstraat rechts afslaan, verder is de parking aangeduid.
Met de fiets kan je via de Vrouwstraat, de Stationstraat (eerste rechts) via het fietspad (links) naar de ingang van de parking rijden.
Daar zullen de legervoertuigen ons in colonne passeren, hiermee simuleren we de aanval van de Canadezen 75 jaar geleden.
De oprit van de parking is de verzamelplaats. Ik raad u aan om met de auto via de Vrouwstraat naar de parking in de Wauterstraat te rijden. Hiervoor moet u op het einde van de Vrouwstraat rechts afslaan, verder is de parking aangeduid.
Met de fiets kan je via de Vrouwstraat, de Stationstraat (eerste rechts) via het fietspad (links) naar de ingang van de parking rijden.
Daar zullen de legervoertuigen ons in colonne passeren, hiermee simuleren we de aanval van de Canadezen 75 jaar geleden.
We zullen daarna
een stoet vormen onder begeleiding van de For Freedom Pipes en Drums in de
richting van het standbeeld. Ongeveer 400m.
Gelieve dus niet bij het beeld te blijven staan.
Aan de overkant van de verzamelplaats branden er Fakkels die aanduiden waar Omer en Lima gestorven zijn. Na de inhuldiging van het standbeeld worden flyers verdeeld aan alle aanwezigen. Tot straks.
Gelieve dus niet bij het beeld te blijven staan.
Aan de overkant van de verzamelplaats branden er Fakkels die aanduiden waar Omer en Lima gestorven zijn. Na de inhuldiging van het standbeeld worden flyers verdeeld aan alle aanwezigen. Tot straks.
16. Als iedereen aan de parking is: Roepen we
de Militaire Voertuigen op om te rijden via de Beekstraat tot voorbij het beeld
richting Vrouwstraat
Aan de andere kant van de straat branden fakkels op de plaats waar Omer en Lima omgekomen zijn.
Aan de andere kant van de straat branden fakkels op de plaats waar Omer en Lima omgekomen zijn.
17. We stappen in stoet naar het standbeeld
onder begeleiding van For Freedom Pipes & Drums
Volgorde stoet door Luc Haverbeke
Volgorde stoet door Luc Haverbeke
a. Doedelzak spelers
b. Harmonie Yver en Eendracht
c. Brandweer
d. Vlaggendragers
e. Ambassadeur , Burgemeester , Gouverneur ,
f.
NSB Bestuur
g. Publiek.
Carine:
laat ons stil luisteren naar het tragische en onwaarschijnlijke verhaal van
Omer en Lima
18. Het verhaal van Omer en Lima door Dirk
Audenaert 1:40”
a. Ø Omer en Lima waren op 23 augustus 1944 getrouwd. Omer was een
bakkersgast uit Lembeke. Ze woonden in bij Lima’s ouders in de Wauterstraat.
Ø Omer had een schuilput gemaakt op de wei. Tijdens de beschietingen op 16 september om 18 u schuilden Omer en Lima, samen met moeder Maria en buurvrouw Adriana daar. Vader bleef in huis.
Ø De Canadezen reden richting Bassevelde via de Beekstraat. Ze zochten overblijvende Duitsers. Buurman Alfons Van Hecke liep bij toeval dan juist naar de schuilput. De Canadezen zagen beweging op de wei richting Fortjen en reden er over het veld naar toe.
Ø De Canadezen openden het vuur en schoten twee graanoppers onmiddellijk in brand. Toen alles in lichterlaaie stond gooiden ze granaten in de put, of vuurden met een vlammenwerper. Buurman Alfons werd gevangen genomen.
Ø Al spoedig zagen de Canadezen hun vergissing in en lieten Alfons vrij. Hij rende al tierend naar de put om zijn vrouw te bevrijden, maar hij kon haar niet meer helpen. Omer en Lima zaten levend verbrand in elkaar armen in de put. Ze werden door de gebroeders Vercruysse samen in één kist gelegd.
Ø Omer had een schuilput gemaakt op de wei. Tijdens de beschietingen op 16 september om 18 u schuilden Omer en Lima, samen met moeder Maria en buurvrouw Adriana daar. Vader bleef in huis.
Ø De Canadezen reden richting Bassevelde via de Beekstraat. Ze zochten overblijvende Duitsers. Buurman Alfons Van Hecke liep bij toeval dan juist naar de schuilput. De Canadezen zagen beweging op de wei richting Fortjen en reden er over het veld naar toe.
Ø De Canadezen openden het vuur en schoten twee graanoppers onmiddellijk in brand. Toen alles in lichterlaaie stond gooiden ze granaten in de put, of vuurden met een vlammenwerper. Buurman Alfons werd gevangen genomen.
Ø Al spoedig zagen de Canadezen hun vergissing in en lieten Alfons vrij. Hij rende al tierend naar de put om zijn vrouw te bevrijden, maar hij kon haar niet meer helpen. Omer en Lima zaten levend verbrand in elkaar armen in de put. Ze werden door de gebroeders Vercruysse samen in één kist gelegd.
b. Tekst uit het kerkarchief van 22-09-1944
door Dirk Audenaert
Nota nopens deze laatste 9 overledenen. Al deze personen zijn gestorven als slachtoffers van den oorlog. Drie van hen Omer neyt, Lima Neyt en Adriane De Taeye werden bij een tragische vergissing doodgeschoten door Canadese Soldaten die hen voor(3 weken gehuwd) Duitsers namen. De zes anderen werden gedood door beschieting van Kaprijke door de Duitsers vanuit Gravenjansdijk op zaterdag 16 september rond 6 uur in de namiddag. Vier van hen waren op den slag dood. De twee anderen werden dodelijk gewond naar Eeklo overgebracht waar zij s’ anderendaags overleden. Zij werden allen te samen begraven met een zinking op woensdag 20 september om 10 uur in de voormiddag. Verschillende andere personen nog werden zwaar gekwetst. Zij zijn eveneens naar de kliniek van Eeklo overgebracht en tot hiertoe nog allen in leven.
Op 18 en 19 september werden hier ook 5 Canadese soldaten op het kerkhof begraven, die hier gesneuveld waren op de wijk Fortjen.
Nota nopens deze laatste 9 overledenen. Al deze personen zijn gestorven als slachtoffers van den oorlog. Drie van hen Omer neyt, Lima Neyt en Adriane De Taeye werden bij een tragische vergissing doodgeschoten door Canadese Soldaten die hen voor(3 weken gehuwd) Duitsers namen. De zes anderen werden gedood door beschieting van Kaprijke door de Duitsers vanuit Gravenjansdijk op zaterdag 16 september rond 6 uur in de namiddag. Vier van hen waren op den slag dood. De twee anderen werden dodelijk gewond naar Eeklo overgebracht waar zij s’ anderendaags overleden. Zij werden allen te samen begraven met een zinking op woensdag 20 september om 10 uur in de voormiddag. Verschillende andere personen nog werden zwaar gekwetst. Zij zijn eveneens naar de kliniek van Eeklo overgebracht en tot hiertoe nog allen in leven.
Op 18 en 19 september werden hier ook 5 Canadese soldaten op het kerkhof begraven, die hier gesneuveld waren op de wijk Fortjen.
19. Inhuldiging beeld met toespraak door Burgemeester en NSB
a. speech Burgemeester, de burgemeester
vraagt aan de familie om het beeld te onthullen.
Geachte Heer Ambassadeur, Dear
Ambassador, Chèr Ambassadure,
Geachte Heer
Waarnemend Gouverneur,
Geachte Collega’s
Schepenen en aanwezige gemeenteraadsleden,
Geachte
talrijk aanwezige vertegenwoordigers van de NSB,
Geachte
familieleden van Omer en Lima,
Mijn beste
talrijk aanwezige Kaprijkenaren,
Het is met
bijzonder grote trots dat ik hier vandaag als Burgemeester het woord tot u mag
richten in het kader van de herdenking van 75 jaar bevrijding van Kaprijke en
Lembeke.
16 september
1944 was een bijzonder belangrijke dag in de geschiedenis van onze gemeente en
was het startschot voor een periode van vrede en welvaart, die nu reeds 75 jaar
lang standhoudt. Laat ons allen er alles aan doen om ervoor te zorgen dat deze
periode nog lang mag blijven voortbestaan.
16 september
1944 was dan wel een heugelijke dag voor onze gemeente dat was het echter niet
voor Omer en Lima, die juist de dag dat zij eindelijk als jong gehuwden van de
bevrijding konden proeven, werden geconfronteerd met het absolute noodlot.
In het kader
van deze herdenkingsplechtigheid is het dan ook mooi dat onder meer wordt
stilgestaan bij de moeilijkheden die de bevrijding vooral in Kaprijke heeft
gekend en de bevrijding er dan ook niet zonder enige slag of stoot is gekomen.
Ik wens de
mensen van NSB Nationaal, Regionaal en zeker ook Kaprijke-Lembeke hartelijk te
danken voor de grote ijver, die zij samen met diverse andere mensen, aan de dag
hebben gelegd om deze herdenking tot stand te brengen. Het tot stand brengen
van deze herdenking is er gekomen door het houden van diverse vergaderingen,
diverse besprekingen en bezoeken en getuigt op zich ook van de nodige inzet en
vastberadenheid. Mijn oprechte dank hiervoor.
Ook alle
gemeentelijke diensten, die aan deze herdenking hebben meegewerkt, wens ik te
danken voor hun grote inzet. Zo heeft onder meer onze eigen technische dienst
gezorgd voor de opbouw van de sokkel waar het beeld plaats op zal nemen.
Uiteraard dank ik ook onze eigen Meetjeslandse meester, de heer Antoine BRAL,
voor de vele uren, die hij voor hem in moeilijke omstandigheden, heeft gestoken
in de opbouw en vorm geven van het beeld.
Ik nodig de
familie van Omer en Lima graag uit om over te willen gaan tot het onthullen van
het beeld waar velen van ons reikhalzend naar uit hebben gekeken.
b.
De
familie onthuld het beeld
c.
Verstrengeld
door Odette van Hamme
Eeuwig, hadden zij elkaar trouw beloofd in lief en leed
Maar helaas werden hun dromen nooit waar
Want oorlog, geweld en haat werden hen te zwaar,
Ze hadden elkaar zo lief dat ze samen in elkaars armen stierven
Laat deze liefde eeuwig in onze harten zijn,
Zodat die gruwelijke daden van oorlog verbloemd mogen worden in het woord dat vrede heet
Marleen Van De Walle
Eeuwig, hadden zij elkaar trouw beloofd in lief en leed
Maar helaas werden hun dromen nooit waar
Want oorlog, geweld en haat werden hen te zwaar,
Ze hadden elkaar zo lief dat ze samen in elkaars armen stierven
Laat deze liefde eeuwig in onze harten zijn,
Zodat die gruwelijke daden van oorlog verbloemd mogen worden in het woord dat vrede heet
Marleen Van De Walle
d. Toespraak NSB door Rudy
Daarnet is het beeld van Omer en Lima ingehuldigd.
Het beeld geeft een weerspiegeling van het gebeurde.
Omer en Lima zijn verbrand. Omer neemt Lima beschermend vast en laat haar wegkijken van het onheil komende uit de Beekstraat. Omer kijkt wel in de richting van het aanstormend gevaar.
Dit opmerkelijk beeld zal menige voorbijganger fascineren door de expressie die het uitstraalt en het dramatische gebeuren opnieuw tot leven brengen.
Het is een sprekende getuige van de gruwel die oorlog met zich mee brengt. Moge de toevallige voorbijganger bij het zien van dit beeld hierover nadenken en bijdragen aan een blijvende vrede.
Dit beeld is tot stand gekomen onder initiatief van NSB Kaprijke Lembeke.
We danken hiervoor:
Daarnet is het beeld van Omer en Lima ingehuldigd.
Het beeld geeft een weerspiegeling van het gebeurde.
Omer en Lima zijn verbrand. Omer neemt Lima beschermend vast en laat haar wegkijken van het onheil komende uit de Beekstraat. Omer kijkt wel in de richting van het aanstormend gevaar.
Dit opmerkelijk beeld zal menige voorbijganger fascineren door de expressie die het uitstraalt en het dramatische gebeuren opnieuw tot leven brengen.
Het is een sprekende getuige van de gruwel die oorlog met zich mee brengt. Moge de toevallige voorbijganger bij het zien van dit beeld hierover nadenken en bijdragen aan een blijvende vrede.
Dit beeld is tot stand gekomen onder initiatief van NSB Kaprijke Lembeke.
We danken hiervoor:
i.
De auteur die het verhaal heeft
neergeschreven: Dirk Musschoot
ii.
De Kaprijkse kunstenaar die het beeld
ontworpen en gemaakt heeft: Antoine Bral
iii.
De gemeente Kaprijke die het beeld
gefinancierd heeft
iv.
De familie Haverbeke die zijn
bereidwillige medewerking verleend heeft.
v.
Comeet :Cultuuroverleg Meetjesland om ons
te steunen bij dit project.
20. Optreden For Freedom Pipes
& Drums
21.
burgerslachtoffers
· Neyt
Lima 19
jaar
· Neyt
Omer 23
jaar
· De
Taeye Adriana 44
jaar
· De
Rooze Maria 55
jaar
7 Canadese slachtoffers op of rond het “Fortjen”
·
Luitenant; Goodchild V.H. 26 jaar
·
Sergeant; Dugal E. L, 22 jaar
·
Soldaten Mac-Lean R. J. 21 jaar
·
Newelle Earl. 24 jaar
·
Richardson J. B. 26 jaar
·
Albert Jozef Louis 24 jaar)
·
Clarck Robert H. ? j.
|
Carine: Mag ik Dirk Daelemans vragen om de namen van de slachtoffers uit deze hoek van Kaprijke uit te spreken
Naamafroeping door Dirk Daelemans
Bloemenhulde
a.
LAST
POST door Yver en Eendracht gevolgd door Lament door één Piper
Patrick Goossens beveelt te groeten.
Patrick Goossens beveelt te groeten.
b.
Omer en Lima
Schuil
Bleek een valkuil
Onschuldig
En gehouden als vijand
Prille liefde
In de kiem gesmoord
En door de bevrijder verstoord
Wonden geslaan
Verkeerde inschatting wel te verstaan
Bloed aan uw handen
In oorlog geen vriend
Of genade
Weggekaapt
Daar waar nu de getroffene slaapt
Zoveel leed
De witte vlag ontbreekt
Het vuur geopend
Geslacht in de velden
Kaprijke was vrij
Zonder hen erbij
Nooit vergeten
Uiteen gereten
Denk aan allen
Die sneuvelden in het ongewisse
Zo kwetsbaar is zich vergissen…
Dorpsdichter Kaprijke 2019-2021
Van Hoestenberghe Marieke
|
Omer en Lima door Dorpsdichter Marieke Van Hoestenberghe
c.
Het
Canadees Volkslied door Yver en Eendracht
Patrick Goossens beveelt te groeten.
De namen van de bloemendragers worden afgeroepen door Carine
1) Ambassadeur Canada . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Dhr He.Mr.Nicoloff
2) Gemeente Kaprijke . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Dhr Pieter Claeys Burgemeester Kaprijke
3) NSB Kaprijke . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Heynssens Rudy
4) NSB Gewest Eeklo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Vereecke Johan
5) VZW De papavrienden . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Dr Coussemaker Martin / Maenhout Valeer
6) Voor Lima Neyt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Familie Haverbeke
7) van de neven en nichten Omer . . . . . . . . . . .Dhr Neyt Robert
8) Mortier Paul / De Bruine Annie . . . . . . . . . . Dhr Mortier Paul
9) Van De Woestijne Julianne . . . . . . . . . . . . . . een vrijwilliger van de brandweer.
Patrick Goossens beveelt te groeten.
De namen van de bloemendragers worden afgeroepen door Carine
1) Ambassadeur Canada . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Dhr He.Mr.Nicoloff
2) Gemeente Kaprijke . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Dhr Pieter Claeys Burgemeester Kaprijke
3) NSB Kaprijke . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Heynssens Rudy
4) NSB Gewest Eeklo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Vereecke Johan
5) VZW De papavrienden . . . . . . . . . . . . . . . . . . Dhr Dr Coussemaker Martin / Maenhout Valeer
6) Voor Lima Neyt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Familie Haverbeke
7) van de neven en nichten Omer . . . . . . . . . . .Dhr Neyt Robert
8) Mortier Paul / De Bruine Annie . . . . . . . . . . Dhr Mortier Paul
9) Van De Woestijne Julianne . . . . . . . . . . . . . . een vrijwilliger van de brandweer.
d.
Het
Belgisch Volkslied door Yver en Eendracht
Patrick Goossens beveelt te groeten.
Patrick Goossens beveelt te groeten.
e.
Toespraak waarnemend
Gouverneur van Oost Vlaanderen Didier De tollenaere
f.
Toespraak van de Ambassadeur
van Canada zijne exellentie Dhr. Olivier Nicoloff
g.
Dankwoord
van Rudy
Ik bedank hierbij ook allen die hebben bijgedragen om deze dag te realiseren
Ik bedank hierbij ook allen die hebben bijgedragen om deze dag te realiseren
i.
Het bestuur van NSB voor de vele uren
voorbereiding.
ii.
De medewerkers van de gemeente die steeds voor
ons klaar stonden.
iii.
De vrijwillige helpers, die nu ook nog aan
de slag zijn.
iv.
De radio Amateurs met Rudy Danel
v.
De
re-enactmentgroep CODUS die met hun aangepaste kledij de
juiste sfeer brengen.
vi.
De Military Old timer club Remembrance
for freedom
vii.
De Military Old Timer club De Papavervrienden
viii.
Harmonie Yver en Eendracht
ix.
Remembrance for Pipes and Drums
x.
Vzw België - Canada van Maldegem voor hun
helpende raadgevingen
xi.
Marian De Clerck uit Maldegem voor haar
goede tips en de foto’s die ze neemt.
xii.
Fotogroep
Meetjesland voor hun tentoonstelling en opname van foto’s.
xiii.
Zijne exellentie Olivier Nicoloff
Ambassadeur van Canada , Dhr Didier De Tollenaere waarnemend gouverneur van
Oost Vlaanderen en Dhr Leon de Turck
Voorzitter van NSB Nationaal voor hun aanwezigheid.
En uiteraard
jullie allemaal hier aanwezig.
Er worden nu flyers met het verhaal van Omer en Lima en alle info over het standbeeld verdeeld aan iedere aanwezige.
Er worden nu flyers met het verhaal van Omer en Lima en alle info over het standbeeld verdeeld aan iedere aanwezige.
22. Oproep om naar de sporthal te komen.
U kunt zich nu begeven naar de sporthal Berkakker van Kaprijke. Daar wordt een receptie aangeboden door de gemeente en kunt u de tentoonstelling bekijken van fotogroep Meetjesland met tevens kunstwerken van de schoolkinderen.
Gelieve met de auto’s naar de Voorstraat te rijden en daar te parkeren. U kan dan via het schooldreefje ( recht over het zebrapad) tot bij de sporthal komen.
U kunt zich nu begeven naar de sporthal Berkakker van Kaprijke. Daar wordt een receptie aangeboden door de gemeente en kunt u de tentoonstelling bekijken van fotogroep Meetjesland met tevens kunstwerken van de schoolkinderen.
Gelieve met de auto’s naar de Voorstraat te rijden en daar te parkeren. U kan dan via het schooldreefje ( recht over het zebrapad) tot bij de sporthal komen.
De
militaire voertuigen mogen rijden naar de A. De Taeyestraat en zich parkeren op
de speelplaats van de school net voor de sporthal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten